Samenscholing
Onderzoeksdomeinen

De coronacrisis heeft diverse (bestaande) noden in het onderwijs blootgelegd en zelfs vergroot. Uit diverse studies, zowel van onderzoeks- en onderwijsinstellingen (bijvoorbeeld KU Leuven), als van koepelorganisaties van onderwijsverstrekkers (bijvoorbeeld Provinciaal Onderwijs Vlaanderen en Katholiek Onderwijs Vlaanderen) is gebleken dat alle leerlingen, en in het bijzonder leerlingen in kwetsbare posities, leerachterstanden hebben opgelopen. Leraren zullen hierdoor de komende jaren bijkomende inspanningen moeten leveren om deze leerachterstanden weg te werken, door onder meer in te zetten op remediëring. De huidige coronacrisis zet het belang van goede ondersteuning van lerarenteams, met expliciete aandacht voor het pedagogisch-didactisch handelen in de klas, extra in de verf. Het is de taak van de schoolleider om deze processen in de school te stimuleren en te faciliteren. Met het aangeboden professionaliseringstraject beogen we het versterken van het onderwijskundig leiderschap bij schoolleiders. Het gaat om leiderschap dat in de eerste plaats betrekking heeft op het leren en onderwijzen en op het gedrag van leraren in interactie met de leerlingen en dat gerealiseerd wordt door middel van het uitdragen van een visie, waarbij men oog heeft voor teamprocessen en het inzetten op de professionalisering van leraren. Inhoudelijk wordt het traject vormgegeven aan de hand van het model van sterk schoolleiderschap en effectief schoolbeleid van Devos (2019). Dit model vormt de zogenaamde ‘kapstok’ waaraan we de verschillende trajectonderdelen vastknopen.
Zo zoomen we onder meer in op thema’s als schooleffectiviteit, distributie van leiderschap in de vorm van ‘teacher leadership’, samenwerkingsprocessen binnen het schoolteam en met externen en het belang van scholen als informatierijke omgevingen met aandacht voor evaluatiebeleid op klas- en schoolniveau. Doorheen het professionaliseringstraject streven we naar maximale verankering in de eigen schoolorganisatie. Daarom wordt er voortdurend stilgestaan bij de vertaalslag van de inhoudelijke input naar de eigen schoolcontext. We hanteren de methodiek van praktijkonderzoek (Van der Donk & Van Lanen, 2009), die uitermate geschikt is om binnen de eigen schoolorganisatie aan de slag te gaan in functie van het optimaliseren van de primaire onderwijsprocessen. Hierbij staan de individuele leervragen van de betrokken schoolleiders en hun schoolteam steeds voorop en kan er optimaal worden afgestemd op de beginsituatie en de context van elke individuele schoolleider.
Daarnaast willen we schoolleiders binnen het samenwerkingsverband met elkaar verbinden en streven we naast individuele ook collectieve leeruitkomsten na. Daarom wordt het traject zo opgezet dat schoolleiders aan ‘samen-scholen’ doen door het traject gezamenlijk te doorlopen binnen hun samenwerkingsverband. Ieder samenwerkingsverband 2 vormt een ‘leergroep’. Tijdens dit traject zullen schoolleiders voortdurend met elkaar in dialoog gaan volgens de methodiek van dialogisch collectief reflecteren. We staan in ieder contactmoment steevast stil bij wat de schoolleiders, als groep, kunnen destilleren uit de resultaten van de individuele leerprocessen en wat dit betekent voor hun rol als schoolleider en hun gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het leren van leerlingen en schoolorganisaties. Het vertrekpunt hierbij is dat ze samen kernactoren zijn in het onderwijslandschap en net die gemeenschappelijkheid vormt de basis voor het aangaan, versterken en bestendigen van interpersoonlijke contacten tussen schoolleiders onderling, met oog op het leren van en met elkaar.
Medewerkers
Charlotte Struyve
Sofie Pottier
Merlyn Schoors
Partners


