Je diploma van de educatieve graduaatsopleiding levert je het bewijs van pedagogische bekwaamheid op.
Afhankelijk van je nuttige ervaring kan je daarmee lesgeven in de drie graden van het secundair onderwijs, het buitengewoon onderwijs en het volwassenenonderwijs. Je valt onder dezelfde weddeschalen als houders van een educatieve bachelor.
Welke vakken je mag geven hangt af van je basisdiploma, je educatieve graduaatsopleiding en je nuttige ervaring.
Je verworven bekwaamheidsbewijzen zijn verbonden aan de erkenning van je nuttige ervaring in een bepaald onderwijsvak.
Een bekwaamheidsbewijs bestaat uit:
- Een diploma dat je vakkennis of het gevraagde opleidingsniveau bewijst (je basisdiploma)
- Een bewijs van pedagogische bekwaamheid dat je verwerft via de educatieve graduaatsopleiding
- Nuttige ervaring buiten het onderwijs
Soorten bekwaamheidsbewijzen
Er zijn drie soorten bekwaamheidsbewijzen:
- Vereist bekwaamheidsbewijs: als je een specifieke opleiding gevolgd hebt in het ambt of vak. Bv. Educatief graduaat in de verzorging
- Voldoende geacht bekwaamheidsbewijs: als je een diploma van hetzelfde niveau als het vereiste bekwaamheidsbewijs hebt, maar niet in die specialisatie.
- Ander bekwaamheidsbewijs: als je enkel een basisdiploma of nuttige ervaring hebt. Je kan slechts beperkt in tijd aangesteld blijven.